Aan mijn door rimpels golvende huid legt zij aan.
Als lang bevroren sneeuw over alles heen
wat nauwelijks door de zon was gelikt

zo kleedde zich mijn leegte, zo vroor
zich in wat aan overwinteren dacht.

Jouw warme adem blaast dooi in dit harde vocht
dat langs mijn kin rolt, neerstort in mijn hals,
en in het overlopen zich vermeerdert.

Een waterval

van weerzien brengt mijn lichaam tot leven,
haalt mijn huid uit zijn winterjas.

 

lees meer uit Een ander lichaam

terug naar archiefkast