de lijnen rond haar mond,
verraders voor een stevige
ankerplaats, strak gesloten
schakels als parels met gaten
bedwingen een lichte onrust
als neuriënd duinlicht haar
verkennende adem afdrukt
binnen de grove lijsten
van slaapzucht in grijze
ochtendnevels: de graffiti
van de droom afschrapend
als zij opgaat in stoffige
ontwakingsvluchten

het dekbed legt wind
tegen haar oorschelp als
zij zich vastklampt aan
de omkrullende randen
van een ontspannen zucht

 

lees meer uit De roep van de engel

terug naar archiefkast